Wandelen door mijn huis.


Natuurlijk kan ik het niet laten, ik moet altijd iets veranderen in een magie. Een verhaal die misschien mogelijk is, de werkelijkheid door een gekleurde bril. 

De volgende verhaal is fictief met elementen van mijn herinneringen die verdoezeld zijn in een jas die leuk eruit ziet voor een ander. Ik geloof niet dat tijd mensen scheiden, we zijn gebonden aan elkaar, ongeacht.


Wandeling door mijn huis 

De jaar 2023:

Ik ga wandelen door mijn huis!

Een dame achter de hek, ze werkte in de tuin. 
Een 'bottle blonde' met een roze gezicht die snel kunt verbranden onder de Afrikaanse zon. 

Angel? Ze heette toch Angel? Of heb ik haar naam door de jaren ingekleurd omdat ik haar toen als een klein engeltje zag?

'Goede dag... Angel?'
Ze keek op. 
'Angelique,' zei ze. 'En u bent?'
'Ik heet Michael... ik herinner me nog dat je zo vier jaar oud was. Je viel van jou driewiel af op je gezicht. Je moeder werd een beetje gek toen je neus bloedde. Een 'bottle blond' meisje die z'n roze huid niet te lang in de zon kan. Zo onthoud ik het.'
'Michael...Secreve? De familie Secreve die emigreerde naar Nederland? Mijn ouders hadden deze huis van jullie gekocht!'

'Klopt,' zei ik. 'Ik weet ook dat een bloedende neus ook maar geen gezicht is, zo iets zal enige persoon laten schrikken.'

Angel... ik bedoel Angelique werd vrolijk.
'Je bent Michael! Ik kan het niet geloven. Je was daar voor me in moeilijke tijden om me steun te bieden. Toen mijn moeder overleed was je daar voor me.
Je was mijn leeftijdsgenootje, mijn held, mijn alles voor vele jaren, en je was mijn eerste vriendje en ik had je lief!
Ik weet ook dat je stiekem Camel sigaretten rookte'

Wat? 

'Kom maar... ik ga thee zetten.' Ze opende de hek.

Ik ga wandelen door mijn huis, na twintig jaar!

Het was mijn huis, maar een beetje vreemd. De oliekachel was er nog, maar de wand eromheen was niet meer wit, het was bedekt met behang. 
De oliekachel met de blauwe vlammen die me fascineerde als kind. Ik lag toen op de bank met een boek, lui in de winter.

Ze schonk thee in. Jemig, het was mijn moeders theepot! We gingen zo snel weg dat we vele dingen voor de nieuwe bewoners gaven.

'Mag ik vragen... hoe wist je... ik bedoel hoe wist je van de Camel sigaretten? Ik geloof niet in helderziendheid of zo. Dit ga boven mijn petje...'

'Ik was bevriend met je, ik was verliefd op je, je hielp me toen mijn moeder overleed. Je was mijn leeftijdsgenootje, mijn held, mijn alles voor vele jaren, je was mijn eerste vriendje en ik had je lief!'

Ja, zoiets had ik al begrepen... maar hoe?

'Ik vond jou dagboek en Camel sigaretten verstopt in de achterkamer. Nou ja, die sigaretten waren bevlekt, de wit papier eromheen was klaar.
De eerste paar jaar wou ik niet eruit lezen, het is toch privaat... maar als meisje kon ik het niet weerstaan. Toen jij het schreef was je mijn leeftijd. Mijn moeder kreeg een hersenbloeding toen ik maar zes was, mijn vader moest hard werken. Ik was eenzaam toen ik je leerde kennen, ik bedoel jou, umm, de persoon in de dagboek.'

'Jemig,' zei ik, 'ik ben nu achtenveertig, dus jij bent zo tweeëntwintig?'
'Klopt. Ik had niemand, ik was heel eenzaam. Ik bladerde  door jouw leven, jou avontuur, jou intimiteit. Je had alles opgeschreven. Ik ben de persoon die  je diepste wensen weet. 
Ik bladerde door de tijd toen je vriendje stierf in een auto ongeluk, dat je dit nog niet zo goed kon verstaan. Je was maar tien. Mijn moeder overleed toen ik elf was. Ik kon het ook niet zo goed verstaan. Maar je schreef dat toen je op de plek stond waar je hem speels in jullie zwembad stampte, toen snapte je het. 
Toen begon ik ook te huilen.'

Ik kreeg de kippenvel. Het kwam hard in. Ja, Herman was een goede vriend geweest.

'Je werd verliefd toen je zestien was, dit las ik ook. Ze heette Shirley en ze woonde twee huizen verder op. Toen was ik ook die leeftijd. Je hebt dit haar nooit verteld, maar wel voor mij. Je zei dit met zoveel hartstocht. Toen werd ik verliefd op jou!'

Oh ja, Shirley, ja ik was gek op haar...

Ze keek me aan. 

'Je was mijn leeftijdsgenootje, mijn held, mijn alles voor vele jaren, je was mijn eerste vriendje en ik had je lief!'

'Hier,' zei Angelique. Ze gaf me mijn dagboek. De bladeren was bevlekt zeker ook zoals de sigaretten. 
'Dit hoort aan jou. Ik heb het niet meer nodig. Bedankt dat je daar voor me was...'

Op de vliegtuig terug naar Nederland nam ik mijn dagboek uit mijn tas. Ik keek naar de zwarte kaft en bladen erdoor. Geschreven door een bekende vreemdeling. Ik bladerde naar de laatste pagina. Angelique had iets erin voor me geschreven:

'Je was mijn leeftijdsgenootje, mijn held, mijn alles voor vele jaren, je was mijn eerste vriendje en ik had je lief!'

EINDE

Reacties

Een reactie posten